vrijdag 17 juli 2015



 Met iedere volgende stap die we op Flores zetten wordt er een gedachte alsmaar sterker: dit is te mooi om waar te zijn! Niet alleen is er internet in de haven, heerlijk water, 220 volt stroom, is de haven goedkoop, zijn de mensen vriendelijk, is het weer fijn en het eten spotgoedkoop. Nee, bovenop dat alles is Flores super netjes verzorgd, heeft een daverende natuur en om ieder hoekje is wel weer een openbare barbequeplaats, openbaar toilet, picknicktafel, waterdrinkpunt, tentenplaats of uitzichtpunt. En alles aangegeven met de meest prachtig vormgegeven bordjes en tegeltjes. Marijn heeft het over Europese subsidies, maar het kan me vrij weinig schelen hoe het kan, profiteer ervan!


Dus we gaan lekker uit eten, kopen goedkope doch heerlijke wijn in en barbequen aan het strand.
De Belgen die we op zee hadden ontmoeten blijken ook op het land erg leuke mensen te zijn. Samen rijden we een dag lang met een autootje over het eiland en genieten van al het groen en de vele bloemen. Na de Carieb is dit al overweldigend groen, maar na 4 weken op zee is het helemaal een enorm contrast.


Al na een weekje gaan we echter weer door naar het volgende eiland: Terceira. Carel komt ons bezoeken en we willen natuurlijk niet te laat komen! Het is zo lang geleden dat ik hem gezien heb. Met een mooi knikje in de schoot scheuren we naar Terceira. Onderweg komen we langs Sao Jorge, zien we de punt van Pico en zien we Graciosa liggen.
Als we aankomen op Terceira is het groot feest en de haven is behoorlijk vol. Ook hier kijken we onze ogen uit. Angra de Heroismo, zo heet de hoofdstad waar we liggen, staat op de werelderfgoed lijst en dat is niet voor niets. Ook hier is alles weer tot in de puntjes verzorgd. Om de 20 meter vind je een prullenbak met opties voor papier, plastic, glas of overige. We luisteren naar traditionele muziek en genieten van locale biertjes en hapjes. Dan wordt het ons echt te druk en we vluchten naar Praia da Vittoria, alweer zo'n mooie naam en ook zeker een superleuk stadje. Het ligt vlak bij het vliegveld en aangezien Carel morgen komt is dat mooi meegenomen.
Als hij er dan eindelijk is knuffel ik hem half plat en kan bijna niet meer stoppen met praten, ik wil zoveel vertellen, maar het is nou eenmaal niet mogelijk om 7 maanden even in woorden om te zetten.
We vinden een superleuke duikclub, want daar ontkom je niet aan als je met Carel op vakantie bent.
Ook huren we een auto en kunnen zo het eiland bezichtigen. We vallen van het ene natuurschoon in het andere: van dampende lavagrotten in een prachtige duik langs een muur bij een eilandje, van de top van een krater in natuurlijke zwembaden tussen de rotsen.






Naast de indrukwekkende natuur is er cultuur in overvloed. We gaan nog eens naar het festival in Angra, bezoeken daar een locaal tentje waar we voor 15 euro met zijn drieën heerlijk eten en drinken, kijken naar traditionele dansen, o ik wou dat mijn oma's dit konden aanschouwen, geweldig!
Maar niets was zo spannend als waar we toen in terecht kwamen:
We rijden een straatje in een buitenwijk van Angra in, hier ergens zou het moeten zijn. We zien veel geparkeerde auto's, maar verder niets. We besluiten ook een plekje te zoeken en te voet verder te gaan.


Eerst komen we langs een aantal kraampjes met eten en drinken, dan staan er twee dikke witte lijnen op de straat getekend. Voorzichtig lopen we verder, direct komen er mensen op ons af om ons te waarschuwen:' pas op hoor, hij kan er ieder ogenblik aankomen!'. Maar met weinig plek om ons te verschuilen in het eerste stukje straat, moeten we toch nog even verder. Daar vinden we een voortuin waar we bij in mogen. Het hek is dichtgetimmerd met houten planken. Er lopen jongens over straat met rieten manden, LESSIELESSIELESSIEEE! Ze verkopen zoetigheid en chippies, maar blijven voortdurend om zich heen kijken, ze willen niet verrast worden. Dan komt er een groep mannen de straat in gerend, ze stuiven voorbij en springen over de hekken van de voortuintjes. Daar is ie, de stier!


Aan een super lang touw staat een prachtige stier, hij kijkt om zich heen, lijkt soms bijna ongeïnteresseerd, maar spurt dan ineens een kant op, om daar iemand op zijn horens te nemen. Er zijn mannen in witten hemden met zwarte hoedjes, die proberen hem wat af te remmen aan het lange touw als hij te hard gaat. Maar zelfs met 5 sterke mannen kunnen ze hem niet echt tot stilstand brengen.




De stier is nu heel dicht bij ons. Ik vertrouw niet meer op de veiligheid van het hekje en klim een muurtje hogerop, waar ik me aan een paal vasthoudt. De stier beukt met zijn horens tegen de planken aan die voor het hekje getimmerd zijn en de bovenste breken er zo af. Wauw, wat is dit spannend!
Af en toe gooit een waaghals zich voor de stier en het lijkt alsof je echt stoer bent als je hem op zijn neus weet te tikken, of door hem op de neus genomen wordt. De grootste waaghalzen krijgen groot applaus, wat waarschijnlijk deel van de motivatie van de jonge mannen is. Dan horen we twee vuurpijlen, vlak achter elkaar en is het voorbij. Wat een belevenis.



Later komen we toevallig nog eens langs zo een schouwspel, maar dan besluiten we het op veiliger afstand aan te kijken.


Zo vermaken we ons prima en voor ik het weet is papa al weer naar huis.
We maken de boot klaar en rusten nog wat uit. We ontmoeten andere reizigers, hebben het gezellig, maar zijn vooral bezig met de reis terug naar het Europese vasteland. Ik maak nog een prachtige grotduik met de leuke duikschool. We houden het weer goed in de gaten en hopen dat een pakje waar we op wachten er op tijd is, zodat we ons vertrek daar niet voor uit hoeven te stellen.

Een ding is zeker; we willen heel graag nog eens terugkomen om nog meer van de Azoren te zien!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten